Ventileren waarom ?


Wanneer we te maken hebben met een omsloten ruimte, zoals bij een woonkamer, vormen de binnenmuren de begrenzing van de ruimte. Daardoor ontstaat een binnenklimaat, dat over het algemeen verschilt van het klimaat van de aangrenzende ruimten, waaronder ook het buitenklimaat.

Alle ruimte waarin personen zich bevinden, dienen met buitenlucht te worden geventileerd aangezien er zuurstof gebruikt en kooldioxide geproduceerd wordt. Tijdens de stookperiode veroorzaakt ventilatie met de buitenlucht een niet te verwaarlozen aandeel in het warmte verlies, zeker wanneer het zeer goed geïsoleerde woningen of gebouwen betreft. In de zomer is deze ventilatie een middel om de hoge binnen luchttemperaturen af te voeren. 

 

Natuurlijke en mechanische ventilatie:

De luchtverversing met buitenlucht kan hetzij door natuurlijke ventilatie, hetzij door mechanische ventilatie worden verkregen. Bij natuurlijke ventilatie zijn de drijvende krachten de winddrukverschillen en luchttemperatuurverschillen tussen binnen en buiten. Behalve door het openen van ramen treed er ook lucht naar binnen door kieren bij de aansluitingen van kozijnen/gevels. Deze ventilatie wordt onwillekeurige ventilatie of wel infiltratie genoemd. In de jaren 50 was de ontwerpnorm "Thermische eigenschappen en ventilatie van woningen" dat spleten en kieren van ramen niet te luchtdicht mochten zijn, omdat anders de ventilatie van de woning niet gewaarborgd was. In de jaren 60 wordt langzaam maar zeker de totaal onbewuste ventilatie vervangen door bewuste ventilatie, weliswaar op een natuurlijke basis. Er ontstaan eisen aan de luchtdichtheid van spleten en kieren, waardoor bewust klepramen en ventilatieroosters verschijnen. Vervolgens wordt de natuurlijke afvoer van de ventilatielucht via verticale schachten vervangen door door mechanische afzuiging. Zodoende wordt ook de ventilatie in de zomer "als de thermische trek niet werkt" gewaarborgd. De energiecrisis midden jaren 70 leidt via vele tussenwegen naar mechanische, gebalanceerde ventilatie systemen. Dit is mechanische toevoer van verse lucht en mechanische afvoer van binnen lucht,

Gebalanceerde ventilatie heeft vooral in de jaren 80 te maken gehad met een slecht imago. In de woningbouw ontstonden als gevolg van de 'nationale kierenjacht' vochtige woningen met allerlei vocht en schimmelschades. in de utiliteitsbouw stak het 'sick-building syndroom de kop op. Dit sick-building syndroom uitte zich in diverse aspecifieke gezondheidsklachten van gebruikers, die vrijwel altijd terug te voeren waren op het ventilatiesysteem en de luchtbehandeling van het gebouw.     

Waarom ventileren:

Het doel van ventilatie is het verzorgen van een gezond en aangenaam binnenmilieu. daarom zijn voor alle gebruiksfuncties eisen aan de ventilatiecapaciteit gesteld. In het algemeen kan worden gesteld dat luchttoevoer plaatsvindt in: woon vertrekken,  luchtafvoer vindt plaats uit het: toilet, badkamer, keukens en verkeersruimte (de gang of hal). In het traject luchttoevoer en luchtafvoer bevinden zich zogenoemde overstroomvoorzieningen, dit zijn luchtstroomweerstanden als gevolg van bijvoorbeeld de spleten onder je binnendeuren (die zitten er niet voor niets, later meer hierover) maar ook je roosters in je ramen.

 

Mechanische luchtafvoer met natuurlijke luchttoevoer:

Indien mechanische luchtafvoer wordt gecombineerd met natuurlijke luchttoevoer dienen de woonvertrekken aan de buitengevel gesitueerd te zijn. Immers alleen dan kunnen natuurlijke luchttoevoervoorzieningen, rechtstreeks van buiten, worden toegepast.

De mechanische luchtafvoer geschiet uit die vertrekken ( toilet, badkamer en keuken) waarin de meeste verontreinigingen worden geproduceerd. Zo kunnen de verontreinigen zich niet door het hele gebouw verspreiden voor ze worden afgevoerd.

Door de aanwezigheid van mechanische afzuiging zal de lucht via de toevoervoorzieningen 'de spleten onder de binnendeuren' automatische worden aangezogen en afgevoerd. De mechanische luchtafvoer is nu de drijvende kracht, ook voor de natuurlijke toevoer. en zijn we in principe niet afhankelijk van de wind of thermische trek.

Toch wordt, net als bij geheel natuurlijke ventilatie de capaciteit van een natuurlijke toevoervoorziening bepaald bij 1Pha drukverschil. De reden hiervoor is dat bij een dergelijk laag drukverschil over de toevoervoorziening er zekerheid is dat de toevoerlucht afkomstig is vanuit de daarvoor bedoelde voorziening en niet ongecontroleerd tot stand komt. Daarnaast zal bij een dergelijk laag drukverschil de luchtsnelheid in de toevoervoorziening ook relatief laag zijn en niet tot discomfort leiden.

Waanneer de toevoervoorziening (een rooster) relatief hoog, boven 1,8m meter ten opzichte van de vloer van het woonvertrek geplaatst wordt is het risico van discomfort doorgaans klein genoeg. Er kunnen ook toevoervoorziening worden geleverd waarbij de toegevoerde lucht ten gevolge van verwarming door een radiator wordt meegevoerd langs het plafond en als het ware aan het plafond blijft kleven voordat het met de ruimtelucht wordt gemengd. dit staat bekend als het z.g. Coandâ effect (kleef-effect).

 

Gebalanceerde ventilatie:

Indien mechanische luchtafvoer wordt gecombineerd met mechanische luchttoevoer geldt in principe dezelfde strategie. De mechanische luchtafvoer geschiet uit die die ruimten waarin de meeste verontreinigingen worden geproduceerd. Zo kunnen de verontreinigingen zich niet door het hele gebouw verspreiden voor ze worden afgevoerd. De mechanische luchttoevoer vindt plaats in de woonvertrekken, zodat deze rechtstreeks van verse lucht worden voorzien.

Bij gebalanceerde ventilatie is men net als bij mechanische afzuiging niet afhankelijk van wind of thermische trek als drijvende kracht. Bij mechanische afzuiging kunnen dergelijke externe invloeden nog wel voor 'lokaal' discomfort zorgen ter plaatse van de natuurlijke luchttoevoervoorzieningen. Dit discomfort is bij gebalanceerde ventilatie onmogelijk.

Gebalanceerde ventilatie leent zich uitstekend voor toepassing van een warmtewisselaar tussen toevoer en afvoerlucht. Daarmee wordt zowel het energieverlies beperkt als het thermisch comfort vergroot. De warmtewisselaar heeft vooral voordeel in het stookseizoen. In de zomerperiode zal de ruimtelucht vaak warmer zijn dan de buitenlucht en leidt toepassing van een warmtewisselaar tot onnodig hoge binnen luchttemperaturen en thermisch discomfort. 

De werking van verschillende ventilatie systemen heb ik getracht uit te leggen, maar wat ik wil benadrukken is het nut van ventilatie. De boven getoonde foto's zijn uit een woonhuis waar mechanische en natuurlijke ventilatie aanwezig is en goed functioneert, 'dat hebben we getest', maar als je de stekker uit de ventilatie-unit trekt en de klepramen permanent gesloten zijn zijn dit de gevolgen voor je woning, en nog erger de gezondheid. Helaas komen wij dit steeds vaker tegen.